Laten zien wat er ondanks longkanker wel nog mogelijk is

Huisarts Mirjam Willemsen heeft al zo’n 15 jaar een praktijk in Heerlen-Noord. Acht jaar geleden werd zij zelf patiënt, toen er longkanker ontdekt werd. Na een succesvolle behandeling pakte zij de draad in haar praktijk weer op. Toen er tweeëneenhalf jaar geleden uitzaaiingen ontdekt werden, volgde er opnieuw een behandeling, maar dit keer palliatief. Wat doet de ziekte met haar zelf en met haar kijk op de (palliatieve) zorg in onze regio? Mirjam Willemsen vertelt.

De huisarts, wiens eigen behandeling nu enkel bestaat uit een dagelijkse medicatie, voelt zich goed genoeg om twee à drie dagen in de week actief te blijven in haar praktijk. ‘Ik vind het fijn om nog steeds te werken, zeker voor de patiëntengroep waar ik nu zelf toe behoor. En natuurlijk is het soms lastig. Recent kwam ik nog bij een ernstig zieke vrouw. Ze was erg jong en had net als mij twee kinderen. Dat is confronterend. Toch vind ik het bijzonder om mijn vak te kunnen blijven uitoefenen. Ik help niet alleen patiënten, maar zij helpen mij ook weer doordat ik zie hoe zij omgaan met de ziekte.’

Palliatieve zorg

Na de eerste behandeling voor longkanker, acht jaar geleden, verdiepte Mirjam zich verder in de oncologie en de palliatieve zorg. Ook sloot zij zich aan bij het Transmuraal Ondersteunend en Palliatief Advies Team (TOPAT) in de regio. Het TOPAT levert palliatieve zorg, gericht op het verbeteren van kwaliteit van leven van mensen die ongeneeslijk ziek zijn. ‘Ik ervaarde dat de gesprekken over de zogenaamde advance care planning, waarbij de patiënt met zijn of haar behandelend arts de wensen, doelen en voorkeuren voor zorg rond het levenseinde bespreekt, nog beter kunnen. Scholingen zouden daarbij kunnen helpen.’

'Gezond blijven eten, voldoende bewegen als dat gaat: het kan allemaal een groot verschil maken.'

Longkanker Nederland en lotgenoten

Mirjam maakt ook deel uit van het patiëntenpanel van Longkanker Nederland, de patiëntenorganisatie voor iedereen die met longkanker te maken heeft. ‘Ik merk dat wij als dokters nog te weinig verwijzen naar organisaties die ondersteuning bieden voor kankerpatiënten. Dat probeer ik te verbeteren. Er is veel voorhanden, maar je moet wel even op weg worden geholpen. Denk bijvoorbeeld aan het Toon Hermanshuis. Je komt in contact met lotgenoten en je ervaart een vorm van positiviteit. Ik heb daar zelf ontzettend veel aan gehad.’ Ondertussen is er ook een eerste overleg geweest tussen longartsen, longverpleegkundigen en de directeur van Longkanker Nederland. Op deze manier worden er steeds meer verbeteringen doorgevoerd en daarom gaat het overleg in de toekomst vaker plaatsvinden.

Op de fiets

Mirjam staat positief in het leven en wil laten zien dat er, ondanks de longkanker, nog veel mogelijk is. ‘Het betekent niet altijd dat je moet stoppen met werken. Gezond blijven eten, voldoende bewegen als dat gaat: het kan allemaal een groot verschil maken.’ Afgelopen voorjaar stapte Mirjam samen met haar behandelend arts in Zuyderland nog op de fiets voor een deelname aan de White Ribbon Tour, waarbij artsen en patiënten per fiets door heel Nederland aandacht vroegen voor longkanker. En als het even kan wil zij nog veel reizen maken.

'Denk als patiënt na over de doelen die je nog hebt, dat is wat ik vooral probeer te laten zien’, besluit Mirjam. ‘Ik wil graag een voorbeeld zijn van wat wèl nog kan.’